A temperatura aqui já subiu bastante, inclusive tivemos uma onda de calor bem pesada em Mozambique.
O verão chega e as pessoas aparecem, saem das tocas e vão as ruas. Povoam as praias nos finais de semana, as barracas ao longo da praia também já estão bem mais frequentadas, o povo curte a brisa do mar junto com um peixinho assado e uma cerveja. Nisso a vida aqui é parecida com o Brasil, mas de uma forma bem diferente. Eles não tem a cultura de praia como nós temos. Aqui na cidade da Beira, não se vê a mulherada de bikini. Entram no mar de roupa, é comum..
Neste domingo, a praia estava lotada, a criançada brincando e correndo na areia, alguns no mar, mas muito pouco. O povo passeia pela praia, os jovens, os namorados e etc,.
O dia estava lindo, a maré subindo, as amigas sentadas ali no Bar Biques, tomando algo fresco e jogando conversa fora, observando o movimento frente a nós, tudo de bom. Muita gratidão por poder viver isso tudo.
Um jovem ex-patriado praticando KiteSurf chamou a atenção da molecada quando ele tentou sair do mar. A garotada toda a sua volta, curiosos e extasiados com aquele esporte desconhecido.
Logo mais o sol começa a se por, o que aqui é um espetáculo total. As cores são excepcionais, além do que Beira está em uma baia, o que sugere que o sol cai no mar. Fantástico.
Zomer
De temperatuur stijgt behoorlijk hier in Beira. We hebben ook een hitegolf gehaad. De zomer komt en men gaat meer naar het strand bijvoorbeeld, om te wandelen, paraderen op het zand en uitwaaien.
In het weekeind het strand stroomt vol mensen. Het bruist, de cafés/tentjes langs de zee worden ook meer bezocht. De tentjes waar men van een bier kan genieten, lopen vol. Mozambikanen kunnen ook van het leven genieten.
Het tafareel aan zee doet me denken aan Brazilië, al is het iets heel anders. Hier hebben ze geen cultuur van strand, zee en in de zon bakken. Vrouwen lopen niet in bikini, men gaat met kleding en al in de zee. In het weekeind komen ze met het gezin en zitten daar onder een bom en genieten van het leven.
Zondag, was het een hele mooie dag. Zittend aan Bar Biques, langs het strand, een van mijn favorieten plek hier, genoot ik van goede gezelschap en gesprekken, observerend wat er om me heen gebeurde. Ik ben hier zo dankbaar voor.
Een Kitesurfer kwam op het strand en kon niet echt zijn vlieg laten dalen want de kinderen en jongeren kwamen op hem af met grote ogen, een mix van perplexiteit en nieuwsgierigheid.
De zon begon te dalen en de extraordinaire kleuren schilderden de hemel op een speciefieke wijze, waardoor we van ons kleinheid bewust worden. Ieder moment veranderde de kleuren als een kleurpallet. De natuur is zo majestous. Beira ligt an een baai, waardoor de ilusie gecreëerd wordt dat de zon in de zee valt. Gewoonweg fantastisch.
Como Brasileira, me sinto familiarizada com os sons africanos. Sou grande fã do tambor, independente de qual seja, estes sons me fascinam, me aterram. E Afrika é nossa mãe Terra. Inclusive este é o motivo pelo qual escolhi o nome Amai Pasi.
Em Moçambique ouve-se muculê, marabenta, kizomba, entre outros que nem consigo distinguir. Dentre as danças típicas tradicionais tribais, há no meu ver umas mais leves e otras mais pesadas para a prática; pelo menos é o que aparenta. É um completo work-out. Eu adoraria aprender uma delas mas conhecendo meu corpo e meus limites, vou procurando algo mais leve. São danças onde se pula muito, usa-se muito o calcanhar. Tive a oportunidade de presenciar algumas apresentações de grupos de dança e grupos de mulheres (já mais senhoras), é um fascínio.
Durante esta procura, muito lenta, fui convidada por uma amiga para uma aula de Kizomba. Ela mal iniciou com as aulas e já estava entusiasmada. Na conversa, expliquei meu receio com Kizomba. Ela facilmente libertou-me do preconceito que tinha sobre esta dança sexy e íntima, ao meu ver. Decidi experimentar e fui fazer uma aula. Nas aula há um ambiente tranquilo e familiar, alunos de todas as idades. Além do que a Kizomba de elite é muito diferente da Kizomba de rua, descobri. E eu não havia pensado nisto.
Ganharam
uma nova aluna. Já fiz duas semanas de aula e já aprendi vários passos; ainda
preciso praticar muito, mas está saindo devagar. Eu sempre gostei muito de
dançar e nos últimos tempos não tenho tido oportunidades para tal. Estou
gostando muito.
Há vários grupos que oferecem aulas de Kizomba aqui na cidade da #Beira. No momento eu e a amiga já participamos de dois deles.
No geral, o
Moçambicano gosta de som alto, alto mesmo. Eles gostam de música brasileira e novelas brasileiras.
Foto de autoria Academia Passo Perfeito
Muziek
Als Braziliaan ben ik dichter bij de Afrikaanse ritmes. Ik
ben grote fan van de Trommels, maak niet uit welke. The ritme van de tambor verbindt
mij met de aarde, moeder aarde. Ik word verankerd in mijzelf en met moeder
aarde. Afrika is de moeder, dat is ook de reden van de naam “Amai Pasi”. Ik
voel me thuis in Afrika.
In Mozambique wordt veel Marabenta gehoord en gedanst, onder
andere ritmes waarvan ik geen weet van heb. Er is natuurlijk ook de
traditionele dans van etnische groepen, waarvan een aantal dansen te zwaar is fysiek,
en voor mij niet geschikt. Er wordt veel gesprongen en dan land je op je hiel.
Ik zal graag zo’n dan willen leren en ben op zoek geweest, maar tot nu toe
niets geslaagd.
Ik heb wat kansen gehad om zo’n traditionele voorstellingen
bij te wonen, dansgroep (jongeren) en ook vrouwen al op leeftijd, geweldig. Ik
kreeg er kippenvel van, raakte bijna in trans. De Afrikaan ritmes zitten in
mijn bloed.
Twee weken geleden een vriendin vertelde, erg enthousiast, dat ze op dansles (Kizomba) is gegaan en ze nodigde me uit. Ik twijfelde omdat ik een veroordeel had over deze sexy en intiem dans. Ze was wel in staat om me te bevrijden van een grote deel van mijn oordeel en ik besloot om mee te gaan voor een proefles. Even een kans geven en mijn horizon verbreiden.
De Academie Passo Perfeito kreeg een nieuwe leerling. Ik
moet nog veel oefenen maar het gaan beter langzamerhand. Ik dans graag maar heb
weinig kansen gehad laatste jaren om het te doen. Ik ben hier erg blij mee.
In het algemeen, de Mozambikanen luisteren graag naar muziek
en erg hard, ze houden ook van Braziliaanse Muziek en soap.
Ondanks het feit dat we niet alle overvloed aan groenten en fruit hebben zoals in Europa, komen we niets tekort. We hebben zoet aardappelen en aardappelen, groenten en bladeren, lichia, mandarijnen, avocado’s en mango’s, en niet te vergeten wat de zee ons geef.
De lokals eten chima, een soort dikke aangemaakt pap van maismeel, met groente en zongedroogde zoute vis. Dat is de basis. Er wordt ook bonen en rijst gegeten. Ze hebben specialiteiten met kokosmelk en pinda’s. Pinda’s worden er veel in het eten gebruikt.
Er wordt ook de bladeren van de pompoen gegeten, ook de bladeren van de maniok (cassave).
Vandaag heb ik verse garnalen voor de lunch. Rond 11 uur
kreeg ik ze binnen, direct uit de zee. Gegeten met aubergine, couve en gebakken
bananen.
Vissen en zeevruchten hebben we genoeg, het is genieten! Sinds kort hebben we zelfs sushi.
Alimentação
Mesmo não
tendo a diversidade existente nos mercados europeus, não passamos falta aqui em
Mozambique.
O mar nos oferece peixe fresco e crustáceos, uma maravilha. Produzem batata doce e batatas, mandioca, couve, espinafre, e outras folhas para mim desconhecidas como a folha da abóbora e da mandioca. Ha especialidades locais com estas folhas e leite de côco. Sem contar as frutas, pois as temos somente na época devida; abacaxi, manga, mamão papaia, abacate, bananas e lichia, há também coração de boi.
O povo local está habituado a comer chima, uma polenta de farinha de milho branco. Esta polenta é a base da refeição deles, acrescido ai folhas verdes e peixe seco. Também se come arroz e feijão, mas muito menos que no Brasil.
Utiliza-se muito o leite de côco e pasta de amendoim na comida. Existem pratos especiais, feito com leite de côco e folhas de abobora por ex. Também se come a folha da mandioca, para mim foi uma nova descoberta.
Hoje meu almoço foi simples, feito por eu mesma,mas muito bom. Beringela e banana frita, com couve e camarão fresco, diretamente do mar à minha casa, estava delicioso..
Beira recebeu recentemente um restaurante que serve sushi.
Na lange tijd, bijna vier weken in Nederland te zijn geweest, ga ik nu terug naar Beira. Ik zit op de airport in Johannesburg en wacht op mijn vlucht. Er gaat van alles door mijn hoofd heen, en alles door elkaar, desondanks dat ben ik blij om terug te gaan naar Beira.
Dit keer kwam ik in Nederland met regen en ging ik ook met regen weg. Daartussen waren er een paar mooie dagen, met blauwe hemel en prettig temperaturen. Voor het weer hoefde ik er niet heen te gaan en dat was ook niet de reden. Ik verlang naar de zon en het vrije leven die ik leid in Mozambique. Zolang het duurt ga ik volop ervan genieten.
Er wacht me veel werk nog in Beira, dat is zeker. In het
weeshuis zijn er nog werkzamheden die gedaan moeten worden, nog voor de
regentijd. Daarnaast moeten we ons huis nog schilderen; we hadden alleen de
twee slapkamers laten doen.
Het annex is klaar voor de verhuur en daar zal ik ook nog
werk aan hebben gedurende de periode dat we er nog zitten.
Ik zoek nog na andere mogelijkheden voor vrijwilligerswerk en hobbies, iets wat mijn hart sneller doet kloppen.
Tot slot ga ik weer starten met de yogalessen. Lu jong Tibetan Yoga is een waardevol manier om te bewegen en je geest tot rust te brengen. Ik deel het graag met mensen om me heen.
De volta à Beira
Depois de quase quatro semanas na Hollanda estou mais que pronta para regressar à Beira. Cheguei na Hollanda com chuva e sai com ela também. Não foi pelo tempo maravilhoso neste período que fui a Hollanda, obviamente.
Neste
momento, no aeroporto em Johhannesburg, aguardo o momento de embarque. Muitos
pensamentos povoam minha mente, tento deixa-los ir.
É com alegria que regresso ao sol e a minha vida na Beira. Muito trabalho me aguarda. As reformas no orfanatos ainda não foram concluidas e isto deverá ser feito antes que o período de chuva chegue, e já está chegando.
Ainda temos
também a dependência que está pronta para ser alugada, onde também terei
trabalho. Depois ainda procuro algo interessante para ocupar meu tempo, algo
que faça meu coração bater mais rápido.
E por final retomar a dar aulas de yoga. Lu Jong Yoga Tibetana também faz parte de minha rotina ali e me faz bem compartilhar os ensinamentos e seus efeitos com as pessoas a minha volta.
De eerste keer dat ik er in het Weeshuis was, om kennis te
maken, waren een aantal kinderen aan het spelen op het plein, het waren
kinderen van rond de 5/10 jaar. Ze waren
aan het zingen en gingen ons zingend begroeten. Er zat een jongen bij ( Ik noem
hem nu Alex) met wat fysieke
beperkingen, iets aan zijn been en arm, ik geloof dat het gevolg is van poliomyelitis.
Hij loopt niet, hij schuift zichzelf zittend met behulp van een van zijn armen.
Hij straalt altijd en heeft altijd een glimlach op zijn gezicht. Alex, elke
keer als hij me ziet, komt hij me begroeten en geeft me een hand. Zelfs als ik bij de baby’s ben, lijkt alsof
hij me voelt of ruikt.
Laatste keer, toen ik door de poort naar buiten liep, al op straat hoorde ik: Tia! Tia! Tchau tia! Ik keek om en hij staak zijn hoofd bovenop de muur, hij zat op de glijbaan, en zwaaide. Een kind die al zoveel moeilijkheden en al veel meegemaakt heeft in zijn jonge leven, en toch met een brede glimlach op zijn gezicht door het leven gaat. Dat zet je aan het denken.
Dat zijn dingen die me raken. Dan den ik dat ik nog een keertje bij die groep zal moeten gaan, samen voetballen of zingen, bijvoorbeeld
Alegria
Na primeira visita que fiz ao “Orfanato Os continuadores” para conhecer o trabalho deles, havia um grupo de crianças entre cinco e dez anos, cantando no patio. Cantando nos cumprimentaram. Entre elas havia um garoto com uma certa desabilidade fisica, acredito que tenha sido em decorrência de polio. O chamarei Alex. Alex não anda ele se arrasta sentado utilizando um dos bracinhos. Alex tem sempre um grande sorriso estampado no rosto, independente do dia e de suas circunstâncias. Ele esta sempre sorrindo. Quando me ve diz: Tia, tia e abre aquele sorriso me estendendo a mãozinha mal formada. Até mesmo quando estou no berçario com os bebezinhos, parece que ele me sente e/ou cheira, ele vai lá me ver.
Em uma das ultimas visitas estava lá ele gritando atravez do portão me dando tchau quando sai do prédio. Penso: uma crinça com estas dificuldades e que ja viveu Deus sabe lá o que, e vive com o sorriso estampado no rosto. Isso faz com que eu reflita.
Este tipo de experiências me tocam profundamente. Neste momento pensei que talvez devo fazer uma atividade com este grupo também. Mas o que mais amo fazer é pegar os bebezinhos no braço, conversar, dar mamadeira e carinho.
Na lange tijd hier in Beira, heb ik toch nog iets nieuws ontdekt. Het is
iets wat alles ervoor te boven staat, tot nu toe.
Ik maak hier veel gebruik van tuc-tucs, wat we hier Chopela’s noemen. Ik doe alles met Chopela. Vandaag ging in het centrum even naar de markt, fruit halen en snel terug. Ik was klaar met inkoop en ik liep naar een Chopela vertrekpunt; normaal doe ik dat niet. Ik neem vaak een bekende driver waarmee ik alles doe, of ik stop er een op straat voor een klein ritje.
Toevallig was ik in de buurt van de vertrekpunt en er was
geen enkel onderweg, dus ik liep erheen; er waren een stuk of zes geparkeerd op
een rij, dus ik liep door naar de eerste Chopela, en wat bleek, de eerste was
de laatste. Ik werd verwezen naar de eerste in de rij (de laatste dus) en mijn
werd ook nog duidelijk verteld dat ze werken met een rij.
Kun je voorstellen dat de laatste de eerst is? Hier is het
echt het geval: de laatste wordt de eerste. Dus hij rijdt achteruit e dan weer
verder, en de anderen gaan allemaal even achteruit.
Ik begrijp het nog niet. Voor mij totaal niet logisch.
Mesmo depois de quase dois anos aqui na Beira ainda descobri algo novo. Fiquei totalmente perplexa. Eu costumo utilizar o tuc-tuc como meio de transporte; eles chaman aqui de Chopela. Fui ao centro fazer umas comprinhas e fui pegar uma chopela em um dos pontos. Normalmente eu utilizo uma para fazer tudo, ida-e-volta, mas neste dia fui pegar onde eles fazem ponto. Me dirigi a primeira na fila e o motorista ja veio e me disse: Pega lá a primeira da fila sra, me indicando para ir até a última da fila. E ainda me disse bem claramente que eles trabalham com fila. Imagine, o ultimo é o primeiro da fila? Aqui parece ser o caso, os últimos serão os primeiros. Este tuc-tuc, vai de ré e sai, em seguida todos os outros dão ré e se reposicionam. Eu não entendi a lógica até agora.
Tijdens ons verblijf in Maputo na de #cyclone #Idai, raakt ik in gesprek met Dona Julieta. Ze zit in een rolstoel als gevolg van poliomyelitis in haar kindertijd. De benen zijn ernstig misvormd. Ze is een artist die ledertassen maakt (handwerk) en ze heeft een “barraquinha” in het Parque dos Continuadores waar ze haar werk probeert te verkopen. In het Parque kun je lokale producten en souveniers, houtsnijwerk kopen, ook van het lokaal eten genieten zittende onder een bom o.a.
Na de lunch
liep ik langs haar “barraquinha” en zag ik ze zitten op de grond te werken aan
een tas. Ze was open en aardig en we gingen aan de praat. In een half uur
gesprek kwam ik achter dat ze sinds 1991 dit werk doet, dat ze van een expert
uit England het vak leerde. Ze vertelde ook over haar eerste klant nadat ze
begonnen was met de verkoop in het Parque dos Continuadores. De eerste klant
een Nederlandse vrouw genaamd Maria. Maria was een toerist op dat moment, ze
wou graag een tas kopen maar had alleen iets van 2/3 van de prijs te
besteden. Dona Julieta dacht: mijn
eerste klant hier, laat ik niet spelen met mijn geluk. Ze verkocht de tas voor
veel minder geld dan het waard was maar ze was blij en dankbaar voor haar de verkoop.
Dit was jaar 2010. Maria bleef in haar leven; later kwam Maria terug, en
bestelde bij Dona Julieta een aantal lederriemen om te verkopen in haar winkel.
Maria woonde toen ergens in Moçambique. En nu kwam het verhaal naar boven door het
gesprek met mij. Toen ze hoorde dat ik uit Nederland kwam dacht ze weer aan
Maria.
Op dat
moment vertelde ik Dona Julieta dat ik een blog schrijf en vroeg of ik haar
verhaal mocht vertellen, waarbij ze akkoord mee ging.
Dona Julieta
is van Gaza, een gebied wat vaak onder het water ligt. Ze leefde daar tot jaar
1981, toen vertrok ze naar Maputo. Het leven daar is hard en nog moeilijker als
je in een rolstoel zit, lang rijden voor een “chapa” op slechte onverharde weg.
Op haar 27 jaar pas kreeg ze haar eerste kind, beste wel laat voor Mozambikaanse
begrip. Ze zei: ik weet niet of de vader goed voor de kinderen kan zorgen en ik
heb mijn beperkingen om on brood op de plank te krijgen.
De mooie
lach of haar gezicht toen ik langs liep en goedemiddag tegen haar zei deed me
even stoppen voor een gesprek.
Tussen 1981
en 1990 heeft ze gewerkt in de receptie van het ziekenhuis in Maputo.
Ze had het geluk om een Zweedse vrouw te leren kennen die haar ook persoonlijk
heeft geholpen met een huisje in Maputo.
Maria, kwam
later nog een keer bij haar langs. Ze vertelde met een glimlach dat ze Maria
nooit zal vergeten; als haar eerste klant en ook omdat ze zelf een zus heeft
die Maria heet. Wie weet leest Maria ooit mij verhaal over Dona Julieta uit
Gaza/Maputo.
Het
vooroordeel is groot in Moçambique tegen rolstoelrijders. Vanuit het volk zelf
en van uit instanties ook. De staat zegt dat er hulp komt maar in werkelijkheid
komt de hulp niet tot haar. Ze heeft een super oude rolstoel. Bijvoorbeeld ze
komen haar interviewen, maken foto’s en beloven dat er hulp komt voor haar en
de andere die en rolstoel of andere hulp nodig hebben, maar later blijkt dat er
niets is. Het verdwijnt ergens onderweg.
Geld verdienen valt momenteel erg tegen met het verkopen van de tassen, vertelde ze. Ze staat daar 6 dagen per week. Haar leven is best hard en dat geloof ik ook. Ik vind dat ze een sterke vrouw is en een vechter. Ze heeft wel een zachtaardig karakter en veel humor.
Durante minha estadia em Maputo na semana seguinte ao #Cyclone #Idai, encontrei com uma Sra. Artesã no Parque dos Continuadores. Ela faz parte do grupo que vendem arte e lembrancinhas. Dona Julieta é cadeirante en decorrência de poliomyelitis na infância. As pernas são totalmente deformadas. Ela trabalha com couro fazendo bolsas.
Depois do almoço em restaurante com refei,ções locais,
passei pela barrquinha de Dona Julieta, ela estava embaixo de uma árvore
trabalhando em uma bolsa. Ela é muito simpática e extrovertida. Caimos em uma
boa conversa. Dentro de 30 minutos descobri que ela faz este trabalho desde
1991. Ela aprendeu com uma artesã Inglesa que esteve de passagem em Maputo. Dona Julieta relatou-me sua história.
Sua primeira cliente, quando iniciou seu trabalho de vendas no Parque dos
Continuadores foi uma Hollandesa chamada Maria. Maria estava viajando por Moçambique
e quiz comprar uma bolsa mas não tinha todo o valor disponível e ofereceu pagar
algo como 2/3 do valor. Dona Julieta pensou com seus botões que mais valeria
vender uma do que não vender; ela também não quiz jogar com a sorte. Vendeu por
bem menos que o valor real e ganhou a amizade de Maria. O ocorrido foi no ano
de 2010. Maria voltou a Maputo depois e fez uma série de encomendas com dona
Julieta, principalmente cintos de couro para vender em sua loja. Maria vivia naquele
momento em Moçambique. Esta história do início de sua carreira veio à tona
quando dona Julieta soube que eu vinha da Hollanda. Neste momento eu lhe
perguntei se poderia contar sua história em meu blog, onde ela rapidamente concordou.
Dona Julieta é de Gaza, uma região onde alagamento é uma constante. Ela viveu
lá até o ano de 1981, quando emigrou para Maputo. A vida em Gaza é dura,
principalmente se voce vive em uma cadeira, longo caminho a percorrer, estradas
de terra, até poder pegar uma *chapa, o único transporte existente.
Com vinte e sete anos de idade ela teve seu primeiro
filho, bem tarde considerando que aqui as mulheres são mães muito jovens. Dona
Julieta diz que pensou muito, pois se preocupava se o pai iria cuidar, já que
sua situação pessoal nãe é das mais favoráveis.
Um sorriso lindo estampado no rosto foi o que chamou a atenção quando passei
por sua barraquinha e a comprimentei, por isso parei e conversamos.
Entre 1981 e
1990 ela trabalhou na recepção do Hospital em Maputo. Ela teve o prazer de conhecer
uma sra. Sueca, cuja pessoa a ajudou muito, inclusive com uma casinha em Maputo.
Maria, voltou a visitá-la outras vezes, mas isso foi há alguns anos atras. Ela
relatou com um sorriso tímido que jamais esquecerá de Maria, visto que foi sua
primeira cliente ali no parque e também por ter uma irmã com o mesmo nome. Imagine, se Maria vier a ler este blog sobre
a história de dona Julieta de
Gaza/Maputo.
Dona Julieta também me falou um pouco das dificuldades
que os cadeirantews enfrentam. São discriminados, e a discriminação é bem
grande.
Mesmo instituiçõs que dizerm que irão auxiliar os
cadeirantes acabam por não cumprirem com as promessa. Ela mesma já foi
entrevistada várias vezes mas morre ai o assunto. O auxílio na prática, em
forma de cadeiras por exemplo, acaba não chegando até eles.
Ganhar a vida no momento está bem difícil. A venda é
baixa e o lucro menor ainda. Dona Julieta está alí seis dias da semana,
produzindo enquanto espera por clientes. Sua vida é uma batalha diária, mas ela
segue com um sorriso no rosto.
Dona Julieta é uma batalhadora. Ela é uma mulher forte, com um caracter doce e
uma boa dose de humor.
Een paar weken geleden, rond lunchtijd werd ik aangesprokken gelijk na het uitstappen van de auto. Dat gebeurt hier wel vaker, maar wel op een onduidelijk manier, als of ze de weg vragen, maar ze willen iets van je. Fátima spraak mijn en mijn vriendin aan. Eerste dacht ik dat ze Irene kende, en Irene vroeg zich ook af of Ik Fátima kende. Fátima droeg een baby gewikkelde in een doek en een tas bij zich. Fátima heeft een uitstraling en een mooie lach, maar ze leek me ook een beetje verward. Ik vroeg of ik de baby mocht zien en het bleek dat hij was net geboren, een flinke jonge 3.400 kg.
Ze was net ontslagen uit het ziekenhuis waar ze de dag
ervoor bevallen was van het jongentje. Ik ben totaal gechoqueerd dat de moeder
na 24 uur al naar huis gaat. Ik denk dan, kan dat wel? Is het wel verantwoord.
Laat dit geen naweeën? Waarom wordt het gedaan?
Later spraak ik mensen van MSF hierover en het blijkt dat
het de regel hier is; 24hs en ze worden ontslagen. De middelen zijn schaars en
het personeel ook. Ze kunnen geen beter zorg leveren.
Zijn de vrouwen hier echt zo sterk of worden ze zo behandelt dat ze er sterker
van worden?
Ik stelde haar een paar vragen, of de baby een vader heeft?
Of alles goed is met de baby en etc. En ik kwam achter dat de vader een voet
verloor als gevolg van een ongelukje tijdens de #cicloon #Idai. Haar huis heeft
geen dak en dat andere deel heb ik niet echt goed begrepen. Fátima vertelde dat
ze naar huis liep, dus ik keek de baby aan en dat deed mij hart smelten; ik gaf
haar geld voor de bus. Dat was het minste wat ik kon doen.
Als ze mijn aanwijzingen heeft kunnen onthouden dan zal ze naar ons huis komen om wat kleding voor de baby op te halen. Maar ik vraag me af os ze het no zal weten.
Rescém-nascido
de um dia e ainda sem nome
Algumas semanas atrás saí para almoçar com Irene, uma amiga, e fomos abordadas ao sair do carro por uma mulher com um bebê no braço. A princípio achei que Irene a conhecesse; por outro lado Irene achou que eu a conhecesse quando lhe pedi para ver o bebê. O bebê era recém-nascido, chocada perguntei qual a idade dele, somente para ter certeza. Era um menino de 3.400 kg. O garoto havia nascido às 14 hs do dia anterior, neste momento eram 12:30hs. Fátima tinha um sorriso aberto no rosto e uma voz doce, mas estava atordoada, obviamente, tinha praticamente acabado de parir.
Ela disse, estou caminhando para casa. Eu e Irene nos olhamos e decidimos dar-lhe dinheiro pelo menos para o transporte. Isso me tocou tanto, nem sei explicar bem o por que. Naquela conversa ligeira ali na calçada, descobrimos que o marido estava hospitalizado também, pois havia se machucado durante o #ciclone #Idai, e no final acabou perdendo o pé, que havia sido amputada há alguns dias.
Eu decidi
doar-lhe algumas roupas para o bebê, expliquei onde vivo, mas acho que seria um
milagre ela depois se lembrar de algo que eu lhe tenha dito ali, naquele
momento. Comprei algumas coisas roupas e fraldas para o menino mas ela ainda
não apareceu.
Dias depois conversei com alguém que trabalha no Hospital Municipal, funcionária da MSF e descobrir que é rotina, depois de 24 hs do parto são liberadas, estando sozinhas ou acompanhadas. Fátima mora perto mas imagine as mulheres que vem do campo, fora da cidade? E eu me pergunto: as mulheres aqui são fortes assim ou são tratadas assim para que se tornem fortes?
Os
hospitais não possuem meios nem pessoal para atender melhor a população.
Sinds we in Beira zitten, spelen we Beachvolley in het weekeind. We zijn met een aantal expats en wat Mozambikanen. In het begin ging het bijna niet; mijn lichaam was stijf en ik moest nog in komen na zoveel jaren niet te hebben gespeld. Als ik nu, een week niet speel vraagt mij lichaam om beweging. Volley op zondag is een traditie geworden, voor mij en Peter althans. De spellers komen en gaan, net zoals de expats. En we zijn natuurlijk amateurs. We hebben ook een kleine aantal Mozambikanen die mee doen, maar dat is ook afwisselend. In het algemeen spelen we ieder weekeind. Het is wel zo dat als een van ons, ik en Peter, Célio en Kuber er niet zijn vaak wordt dat een probleem. Kuber is kortgeleden terug naar Indië en nu moeten we met z’n drie het trekken.
Het spel gaat soms moeizaam, ook omdat de spelers niet constant zijn. En niet iedereen die mee doet dezelfde niveau en/of ervaring hebben. Soms ontstaat er snel teamspirit en soms minder goed. We hebben tijd nodig om je aan te passen aan de groep. Vaak is er wel een bepaalde dynamiek waardoor de samenwerking beter gaat. Nieuwe bloed en inzet doet het goed voor het spel, en daar geniet ik ervan. Ik ben best fanatiek; niet dat ik wil altijd winnen, maar ik wil wel dat iedereen zijn best doet en voor elke bal gaat. Als er een speel is waar iedereen zijn best doet en er een chemie ontstaat tussen de spelers, ohh dan is er adrenaline en dat geef je vleugels; daar geniet ik enorm van.
Laatste week, voordat we vertrokken richting Nederland, had we geen expats, behalve Peter en Ik, voor de game. Célio nodigde zijn vrienden en neefjes uit, Pedro en Raul, en nog anderen waarvan ik de namen niet meer weet, maar ze wel van gezicht ken. Jong gasten tussen 18 en 30, vol energie en zeer sportief, in de kracht van hun leven. We hadden zo een waanzinnig spel. Ze haalde onmogelijke balen weer binnen, en wat een Pouwer, rust en coördinatie. Prachtig game. Ik kan niet wachten om er weer met hun te mogen spelen. Dit was even op een ander niveau spelen. Je wordt dus gedwongen om nog beter te presteren.
Neste final de semana prolongado, fomos à Vilanculos
para espairecer um pouco. Este paraíso situado ao sul de Moçambique nos
encantou desde nossa primeira visita em 2017. Fomos mais uma vez à ilha de
Maraguque, uma das pertencentes ao Arquipélago de Bazarute.
Vilanculos
é um pouco turístico, mas não em excesso, localizada bem mais alto que o nível
mar em uma baia. De vários pontos da cidade a vista não modifica muito, somente
os ângulos em que se veem as ilhas e aquela vista maravilhosa que aquele mar límpido
e cristalino nos oferece; desde os mais distintos tons de verde e azul coral,
incluindo sua mescla com os bancos de areia, é simplesmente indescritível.
Não
queríamos estar somente ali jogados na piscina ou na espreguiçadeira, por isso
resolvemos fazer um passeio em um Dow, aquele barco que contém somente uma vela
grande, onde também pode se usar o motor.
A
grande surpresa foi quando descobrimos que seríamos os únicos passageiros.
Muito embora seja baixa estação, não imaginei isso. Logo na travessia às 830hs
já me decepcionei um pouco. Havia uma grande e escura nuvem sobre a nossa ilha,
e agora? Brinquei com o guia: “peraí, você não combinou com São Pedro que
viríamos hoje?” Ele respondeu: “combinei sim, mas ele me traiu”, disse isso
assim virando a cabeça daquela maneira típica quando queremos dizer: “me
decepcionei”. A travessia demora uma
hora, neste momento pensamos e agradecemos por estarmos só nós dois com aqueles
tres rapazes. Eles conversavam entre si em lingua local; era até um prazer
ouví-los.
Chegando lá nada havia mudado muito. Meio que
desolada, disse a Peter: “vamos caminhar um pouco e voltamos para o almoço”, este
que já estava sendo preparado por nosso caro cozinheiro Alexandre, ali mesmo no
barco. Alex, é um jovem tipico daquela região, nunca nem mesmo saiu de
Vilanculos. Garoto alto, elegante, com
traços excepcionalmente marcantes na face, o que lhe dá uma beleza
extraordinária, principalmente quando sorri, mas é tímido. Acredito que ele, em
nenhum momento, durante todo o dia, me dirigiu a palavra sem que eu lhe
perguntasse algo.
Fizemos
nossa caminhada, o tempo abriu, tomei banho de mar e nos deitamos na areia
branca e fina naquela praia deserta. Éramos nós dois, e os carangueijos naquela
praia. Que paraíso. Após o almoço teríamos um tempo para a digestão e depois
faríamos snorkeling.
É
hora sair da praia e passar pelos recifes. A maré estava já bem baixa expondo
os recifes, o que dificultava a manobra, mas o capitão Gito tirou de letra. Gito
é outro tipico moçambicano tímido, ele também não falava muito e isto levando
em conta que falamos português. Imagine como são com os estrangeiros, mas nós
puchávamos conversa, fazíamos perguntas e tirávamos algumas palavras.
No
caminho de volta, o guia Nelson, nos informou que iriam tirar a lona que nos
dava uma sombra, pois iríamos voltar usando a vela. Interessante como eles
amarram a vela e o mais interessante é como eles a abram no momento de uso. Eu
me acho uma pessoa até que inteligente, além de ser prática, mas naquele
momento, confesso que me perguntava: “como ele vai abrir esta vela toda
amarrada”.
Eles pucharam uma das pontas e amarram de
forma que o tronco ficou de pé, ele deu um arranco na corda de supetão e a vela
se soltou toda se abrindo lentamente, mas firme através do vento. Já velejei em caravelas, mas esta foi a
primeira vez em um Dow, barco pequeno e com uma só vela. Foi fantático! Eu
amei. Tive uma sensação de liberdade naquele momento, foi mágico.
Nelson,
nosso guia, é o mais extrovertido dos três. Ele também fala um pouco de inglês,
mas ficou bem feliz quando soube que falávamos português. Explicou que para ele
é mais fácil oferecer informações em detalhes em sua própria língua; visto que
em inglês seu vocabulário ainda é limitado.
Logo
após o almoço, estávamos descansando sob uma barraca de sapé, na praia, ele
também havia se enconstado em um dos troncos da barraca, e começou a conversar
comigo. Fálamos sobre os idiomas locais, sobre o idioma mãe e outros falados
ali nas regiões mais próximas.
Esclareceu-me
que ele fala Xitwa, mas que já não compreende bem os avós que também falam Xitwa.
Isso ocorre nas ultimas gerações, pois o idioma se mescla com o português. No Xitwa
antigo falam-se os números também em Xitwa, por exemplo.
Hoje
o povo fala xitwa mais agregam certas palavras do português, como por exemplo:
você vai perguntar o preço do tomate na barraca; Imalimuni tomate? O preço, o
vendedor também vai te responder em português. Segundo Custódio pra se falar
Inglês teria que ter aula particular, senão não se aprende. No ensino normal o
nível é muito fraco.
Depois
do Içar da vela, perguntei a eles se eles se dão conta de que vivem no paraíso.
A Resposta veio de Nelson. ‘Não, na verdade não. A gente vê tudo isso como
normal. A vida aqui é simples. A gente nem pensa, nunca voamos. A gente nem vai
assim à praia. Se eu quero, caminho cinco minutos e estou na praia, mas nós não
fazemos isso. Eu, porque trabalho e quem não é pescador ou trabalha com turismo
nunca foi a uma das ilhas.” Então, Peter perguntou: “vocês já foram a Maputo?”Dois
deles foram a Maputo, provavelmente para um treino no turismo, imagino eu”. Nelson
relata que ele gosta desta vida simples
e tranquila. Não precisa mais nada.
Ele
também nos informou que na ilha de Maraguque vivem um pouco mais de cento e
cinquenta pessoas. Na ilha há uma escola primária, oferecendo educação até a
quinta série. Todos os moradores de Magaruque vivem da pesca. Pescam e vão
vender em Vilanculos. Alex foi pescador com seu pai desde seus oito anos, agora
já há algum tempo não pesca mais como profissão, mas ainda vai pescar às vezes
por prazer.
Em Maraguque, eles também falam xitwa, já em Bazaruto e Santa Carolina falam Maronga, sendo português a língua oficial em todo o Moçambique.
We hebben een lang weekeind genomen en zijn gegaan naar Vilanculos om even bij te tanken, zeker na de drukke periode na de #Cycloon Idai. Vilanculos is een paradijs en ligt in het Zuid van Mozambique. Dit paradijs . Este paraíso situado ao sul de Moçambique heeft ons hart verovert sinds we er waren voor de eerste keer in 2017.
Vilanculos is
een toeristische plek maar het is niet overvol. In dit tijd van het jaar is het
leeg. Vilanculos ligt hoog en in een baai. Vanuit verschillende punten van de
stad kun je de zee zien en de eilanden in de verte. De schakelingen in kleuren ontstaat in
verschillende toons blauw en groen, ook door de zandbanken, wat onbeschrijfelijk
mooi is.
We wilden niet
alleen liggen bij het zwembad, dus besloten um een trip te maken naar het
eiland Maraguque, een van de eilanden van de Bazaruto Archipel.
Wat
onverwacht was is dat we de enige in de boot waren. We starten onze trip om
8:30 en zouden terugkomen rond 16 uur. Kort na vertrek was ik een beetje
bezorgd, want er hing een donkere wolk precies bovenop het eiland, en nu? Dacht
ik. Ik zei tegen de gids: Heb jij niet afgesproken met Sint Pedro? Waarop hij
antwoorde: ja, ik heb het wel gedaan maar hij heeft me verraden, en dat met een
typisch gebaar met draaiende hoofd.
De trip duurde een uur en we
dachten en waren dankbaar dat we de enige passagiers waren. De bemanning
bestond uit drie jong mannen. Ze waren aan het praten in hun moedertaal, en
voor ons was het een enorm plezier naar hun luisteren op de achter grond
kijkend naar de horizon.
Bij aankomst was nog niet veel
beter, het weer bedoel ik. We ging een wandeling maken naar de andere kant van
het eiland, onderweg hebben we bewolking en ook regen gehad. Eenmaal aan de
andere kant, hadden we weer zon. We hebben genoten van de zee en hebben liggen
zonen. Het werd tijd om terug te gaan voor de lunch, waarna het snorkelen zal
gebeuren net voordat we terug zouden gaan varen. Alex was onze kok en hij was
al klaar met onze lunch die in het boot werd voorbereid. Alex é um garoto típico da região, Nunca saiu
de Vilanculos, nem mesmo a Maputo nunca foi. Garoto alto, elegante, com traços
excepcionalmente marcantes na face, o que lhe dá uma beleza extraordinária,
principalmente quando sorri, mas é tímido. Acredito que ele, em nenhum momento,
durante todo o dia, me dirigiu a palavra sem que eu lhe perguntasse algo.
Na de lunch, gingen Alex en
Nelson even rusten onder het afdakje waar we zaten en ging we aan de praat.
Over het leven op het eiland en in Vilanculos.
We hebben over de lokale talen, over de talen de gesprokken worden in de
omgeving. Ele fala “Xitwa, maar hij begrijpt al niet alles wat zijn opa en oma
spreken, want de taal verandert langzaam, krijgt ook woorden in het portugues
ertussen. Bijvoorbeeld, nu spreken ze de nummers niet in Xitwa maar in het portugues.
Zijn voorouders spreken alles in Xitwa. Vandaag de dag men mengt woorden in het
portugees in het lokale taal. Volgens
Nelson, om Engels good te kunnen praten moet je private cursus volgen. In het
normale onderwijs is het niveau te laag.
Het werd tijd om aan bord te gaan
en gaan snorkelen. De Riffen kwam te voorschijnen, maar Gido onze kapitein deed
het prima. Open zee, tijd voor Peter om eruit te springen. Gito is ook een Typische Mozambikaan die zeer
timide is, al is die iets ouder dan Alex en Nelson, spraak hij amper.
Op de weg terug, zei Nelson dat ze
het afdakje gingen los maken want we gingen terug met het zeil. We zaten op een
Douw, boot met een zeil. Interessant was hoe het zeil was gebonden en hoe het
los maakten. Dat was me een raadsel. Ik vind dat ik best zeer praktisch ben
maar ik vroeg me af hoe gaat dat? Een punt van het zeil werd vastgemaakte aan
de boot waardoor de mast van het zeil in verticale positie kwam te staan, hij
trok snel en krachtig aan het touw en het zeil kwam los in de wind, het was
fantastisch, zeker voor mij. Dit was mij eerste keer met een Down varen. Het
gaf een gevoel van vrijheid en fantasie, magisch.
Nelson, onze gids, is de meest extrovert van de drie.Ele também fala um
pouco de ingles, mas logo disse, surpreso, quando Peter falou português, que
estava feliz, pois seria para ele super fácil se comunicar conosco. Que
poderiamos perguntar o que quizessemos que ele teria como explicar en detalhes
tudo, muito melhor do que poderia fazê-lo em Inglês.
Vanaf het moment dat we
gingen zeilen, werd de terugweg anders, echt. Ik was aan het kijken en
genieten, en ik vroeg of ze beseffen dat ze in een paradijs wonen. Het antwoord
luidde: Nee, eigenlijk niet. We zien dat als de normaalste dingen. Onze leven
is zo. Ik sta op en ga varen naar eilanden met toeristen. Nelson is zo
extravert dat hij vanzelf dingen vertelt. Dus hij ging verder. WE leven onze
hele leven hier. Het weg gaan naar andere plek met vliegtuig? We denken er niet
aan. Ik ben nooit in een vliegtuig geweest. Ik leef vijf minuten lopen, op mijn
gemak, naar het strand en ik ga bijna nooit naar het strand. We doen het niet.
Mensen in Vilanculos die niet vissers zijn om gidsen gaan nooit naar een van de
eilanden. Peter vroeg: “Vocês já foram a Maputo?”- Twee van hen zijn een keer
in Maputo geweest, voor een cursus. Ze vinden het vreselijk.
Nelson vertelde ook over de bewoners van het eiland. In Magaruque leven iets meer dan honderd en vijftig mensen. Er is wel een school van class een tot met de vijfde. Alle bewoners van Magaruque leven van de zee, allemaal vissers. Ze brengen hun product naar Vilanculos voor de verkoop. Alex, de kok, ging ook vissen met zijn vader, vanaf het moment dat hij 8 jaar oud was. Nu gaat hij mee af en toe alleen voor het plezier.
Nelson bekent: Ik hou van dit
simpele, rustige leven. Ik heb verder niets nodig. Dit vond ik mooi.
In Magaruque en Vilanculos spreekt men Xitwa. In Bazaruto eiland en Sint. Carolina spreekt men Maronga, en in het hele land is de officiële taal Portugees.