De eerste keer dat ik er in het Weeshuis was, om kennis te maken, waren een aantal kinderen aan het spelen op het plein, het waren kinderen van rond de 5/10 jaar. Ze waren aan het zingen en gingen ons zingend begroeten. Er zat een jongen bij ( Ik noem hem nu Alex) met wat fysieke beperkingen, iets aan zijn been en arm, ik geloof dat het gevolg is van poliomyelitis. Hij loopt niet, hij schuift zichzelf zittend met behulp van een van zijn armen. Hij straalt altijd en heeft altijd een glimlach op zijn gezicht. Alex, elke keer als hij me ziet, komt hij me begroeten en geeft me een hand. Zelfs als ik bij de baby’s ben, lijkt alsof hij me voelt of ruikt.
Laatste keer, toen ik door de poort naar buiten liep, al op straat hoorde ik: Tia! Tia! Tchau tia! Ik keek om en hij staak zijn hoofd bovenop de muur, hij zat op de glijbaan, en zwaaide.
Een kind die al zoveel moeilijkheden en al veel meegemaakt heeft in zijn jonge leven, en toch met een brede glimlach op zijn gezicht door het leven gaat. Dat zet je aan het denken.
Dat zijn dingen die me raken. Dan den ik dat ik nog een keertje bij die groep zal moeten gaan, samen voetballen of zingen, bijvoorbeeld
Alegria
Na primeira visita que fiz ao “Orfanato Os continuadores” para conhecer o trabalho deles, havia um grupo de crianças entre cinco e dez anos, cantando no patio. Cantando nos cumprimentaram. Entre elas havia um garoto com uma certa desabilidade fisica, acredito que tenha sido em decorrência de polio. O chamarei Alex. Alex não anda ele se arrasta sentado utilizando um dos bracinhos. Alex tem sempre um grande sorriso estampado no rosto, independente do dia e de suas circunstâncias. Ele esta sempre sorrindo. Quando me ve diz: Tia, tia e abre aquele sorriso me estendendo a mãozinha mal formada. Até mesmo quando estou no berçario com os bebezinhos, parece que ele me sente e/ou cheira, ele vai lá me ver.
Em uma das ultimas visitas estava lá ele gritando atravez do portão me dando tchau quando sai do prédio. Penso: uma crinça com estas dificuldades e que ja viveu Deus sabe lá o que, e vive com o sorriso estampado no rosto. Isso faz com que eu reflita.
Este tipo de experiências me tocam profundamente. Neste momento pensei que talvez devo fazer uma atividade com este grupo também. Mas o que mais amo fazer é pegar os bebezinhos no braço, conversar, dar mamadeira e carinho.